Appartementsrechten nieuwe wetgeving |
INLEIDING
Op 1 mei 2005 zijn verschillende wettelijke regels veranderd voor appartementsrechten. Wat Betekent dat
voor u, als appartementseigenaar? Moet u meteen actie ondernemen en naar de notaris gaan? Meestal zal dit
niet zo'n vaart lopen. Enkele wetswijzigingen gelden per direct, voor andere wijzigingen geldt een
overgangsregeling van drie jaar.
De wetswijziging is vooral bedoeld om de appartementseigenaar te helpen om een 'gezonde' Vereniging van
Eigenaren te krijgen en te houden. Daarnaast moet de besluitvorming eenvoudiger worden.
In dit document komen de belangrijkste wijzigingen in het appartementsrecht aan de orde. Bij elk artikel
staat de letterlijke wetstekst, een uitleg hiervan en een toelichting.
ACHTERGROND
Op 24 september 2002 is een voorstel tot het wijzigen van het appartementsrecht (titel 5.9 van het
Burgerlijk Wetboek) bij de Tweede kamer ingediend. Een gewijzigd voorstel van de-ze wet is op 7 oktober
2004 bij de Eerste Kamer neergelegd. Dit voorstel is op 15 februari 2005 aangenomen en op 1 mei 2005 in
werking getreden.
Redenen wetswijziging
De wetswijzigingen zijn vooral gebaseerd op het advies van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie
(KNB). De KNB had een werkgroep ingesteld, waarin behalve zijzelf ook Vereniging Eigen Huis en de Vereniging
Nederlandse Gemeenten zitting hadden.
De belangrijkste redenen om de wet te wijzigen, waren volgens deze werkgroep:
- De verplichting tot unanimiteit bij wijziging van de splitsingsakte is te strak, dat houdt
o.a. renovaties op.
- Vaak is er onvoldoende reservering voor (groot) onderhoud.
- Vanwege bijvoorbeeld parkeerplaatsen is er behoefte aan splitsingsmogelijkheid van grond.
- Voorlichting over schulden vorige eigenaar aan Vereniging van Eigenaren (VvE) is onvoldoende.
Overgangsregeling
Hoewel de wet op 1 mei 2005 van kracht is geworden, geldt voor een aantal gewijzigde wetsartikelen een
overgangsregeling van drie jaar voordat zij van toepassing zijn. Deze overgangsregeling is vooral bedoeld
voor de bestaande VvE's. Op die manier hebben zij voldoende tijd hun bestaande situatie aan te passen aan
de nieuwe wetgeving.
Onder meer voor de vorming van een reservefonds is dit van belang. Hiervoor geldt namelijk een uitgestelde
werking (zie onder 'Overgangswetgeving'). VvE's die op dit moment nog geen reservefonds hebben, kunnen dat
in de komende drie jaar opbouwen. Vanaf 1 mei 2008 moeten ze dan wel over een reservefonds beschikken.
BELANGRIJKSTE WIJZIGINGEN
De belangrijkste wijzigingen in de appartementswet zijn:
- Een eigenaar mag behalve zijn appartementsrecht ook zijn stuk grond ondersplitsen in appartementsrechten.
- De notaris moet bij de overdrachtsakte aan een nieuwe eigenaar een verklaring (van het bestuur van
de VvE) afgeven, waarin staat welke bijdragen de vorige eigenaar nog verschuldigd is. De nieuwe
eigenaar is niet verder aansprakelijk dan voor het bedrag uit de verkla-ring.
- De VvE is verplicht een reservefonds in stand te houden voor 'andere dan de gewone jaarlijkse
kosten', bijvoorbeeld voor groot onderhoud.
- Wijziging van de splitsingsakte kan geschieden met minimaal 4/5 van het aantal stemmen.
Algemeen
De belangrijkste wetswijzigingen worden hier per artikel behandeld. U vindt per artikel de wetstekst, een
uitleg hiervan plus, waar nodig, een toelichting.
Zoals eerder in dit document aan de orde kwam, geldt voor sommige wetswijzigingen een overgangsregeling
van drie jaar. Een toelichting op deze regeling vindt u onder het kopje 'Overgangswetgeving'. Waar de
overgangswet een uitgestelde werking voorschrijft, staat dat alvast genoemd bij het desbetreffende artikel.
Splitsing van de grond
Artikel 106
2. Een eigenaar, erfpachter of opstaller is eveneens bevoegd zijn recht op een stuk grond te splitsen in
appartementsrechten.
- Het stuk grond hoeft niet bij het appartementsgebouw te behoren en hoeft ook niet bebouwd te zijn
(nu of in de toekomst).
- Dit artikel kan worden gebruikt om grond te splitsen ten behoeve van parkeerplaatsen, of, in geval
van water, in ligplaatsen voor vaartuigen.
- De splitsing van een woonappartement en bijv. een parkeerplaats kan worden gecombineerd tot één
appartementsrecht.
Aan lid 4 wordt een volzin toegevoegd, luidende: In het geval van lid 2 omvat het aandeel de bevoegdheid
tot het uitsluitend gebruik van bepaalde gedeelten van het stuk grond, die blijkens hun inrichting of
aanduiding bestemd zijn of worden om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt.
- Aanduiding waaruit blijkt dat een stuk grond/water een appartementsrecht is, kan bij een
parkeerplaats een afsluitklem of de belijning zijn en bij een vaartuig een meerpaal.
- Het blijft mogelijk dat het 'parkeerappartementsrecht' recht geeft op één van de parkeerplaatsen,
dus zonder aanspraak op het uitsluitende gebruik van een specifiek vak.
Toelichting
Splitsing van de grond betekent dat u eigenaar kunt worden van de ligplaats van uw boot of
dat u uw eigen parkeerplaats kunt kopen. Grondsplitsing kan ook als er geen appartementengebouw aanwezig
is.
Dit artikel is voor u van toepassing als u bijvoorbeeld de parkeerplaatsen op de gemeenschappelijke grond
rondom uw appartementencomplex wilt splitsen en toekennen aan de verschillende (appartements)eigenaren.
Voor het benodigde aantal stemmen om de split-singsakte te wijzigen, volgt u de Overgangswetgeving
(zie aldaar).
Grondslag ongelijke breukdelen
Artikel 113
Aan lid 1 wordt een volzin toegevoegd, luidende: In het laatste geval blijkt uit de akte op welke grondslag
die verhouding berust.
- De splitsing van een eigendomsrecht (of erfpacht-/splitsingsrecht) geeft recht op gelijke aandelen in
gebouw en grond; alleen als in de splitsingsakte een andere verhouding is bepaald zijn de aandelen niet
gelijk.
- De breukdelen zijn vaak bepalend voor het aantal stemmen en de hoogte van de servicekosten. Omdat in
het verleden vaak niet duidelijk was waar de breukdelen op waren geba-seerd, moet dat nu in de
splitsingsakte worden vermeld (als er niét in gelijke delen is ge-splitst).
- De notaris moet ervoor zorgen dat de grondslag voor de ongelijke breukdelen voldoende duidelijk is.
- De notaris wordt aanbevolen om te zorgen voor een actueel taxatie of berekeningsrapport door een
deskundige bij de akte waaruit de omvang van de aandelen blijkt.
Overgangswet
Dit artikel geldt uitsluitend voor appartementen die gesplitst zijn vanaf de inwerkingtreding van de
gewijzigde wetgeving, dat wil zeggen vanaf 1 mei 2005.
Toelichting
Grondslag ongelijke breukdelen is vooral van belang wanneer er iets verandert. Stel dat de
breukdelen zijn gebaseerd op het aantal vierkante meters dat u kunt gebruiken. Wanneer u
vervolgens op het gezamenlijke dak met toestemming van de VvE een terras uitsluitend voor uzelf laat maken, kloppen de breukdelen niet meer en moet u naar de notaris om de
splitsingsakte te laten wijzigen.
Artikel 118a
1. Een appartementseigenaar kan, voor zover in de akte van splitsing niet anders is bepaald, zonder
medewerking van de overige appartementseigenaars en beperkt gerechtigden op het gedeelte van de onroerende
zaken dat bestemd is om als af-zonderlijk geheel door hem te worden gebruikt, een recht van erfpacht en,
behou-dens voor zover het betreft in de splitsing betrokken gebouwen, werken en beplan-tingen, een recht
van opstal vestigen.
- Een eigenaar kon al wel een erfdienstbaarheid vestigen op zijn privégedeelte, maar nu is in de wet
vastgelegd dat hij ook een recht van erfpacht* of opstal** kan vestigen, zonder medewerking van andere
eigenaren of beperkt gerechtigden.
Bijvoorbeeld een opstalrecht op het privédeel van zijn tuin ten behoeve van een openbare nutsvoorziening.
NB: de mogelijkheid om een recht van erfpacht/opstal te vestigen kan in de splitsingsakte worden beperkt
of uitgesloten.
- Opstalrecht kan niet worden gevestigd op bestaande gebouwen / werken / beplantingen, alleen op
toekomstige gebouwen / werken / beplantingen. Vestiging op een bestaand gebouw enzovoort kan wel als álle
eigenaars en beperkt gerechtigden eraan meewerken.
*Recht van erfpacht: degene die recht van erfpacht heeft, wordt geen eigenaar van de grond en ook niet
van de opstallen (wel vergelijkbaar met eigendom: je koopt een gebruiks-recht).
**Recht van opstal: zegt niets over de eigendom van de grond; degene die het recht van opstal heeft, wordt
wel eigenaar van de opstallen die hij erop bouwt/aanbrengt (natrekking wordt dus doorbroken).
2. In de akte van vestiging van het recht wordt bepaald in hoeverre de gerechtigde naast de appartementseigenaar
hoofdelijk aansprakelijk is voor de ter zake van het appartementsrecht verschuldigde bijdragen.
- Wanneer er bijv. een erfpachtrecht is gevestigd, bepaalt de vestigingsakte van erfpacht óf, en zo ja, in
hoeverre, de erfpachter (naast de eigenaar) hoofdelijk aansprakelijk is voor verschuldigde bijdragen.
- Als er niets is bepaald, dan is alleen de eigenaar aansprakelijk
3. Tenzij bij de vestiging van het recht van erfpacht anders wordt bepaald, wordt het aan een appartementsrecht
verbonden stemrecht in de vergadering van eige-naars uitgeoefend door de erfpachter.
Tenzij bij de vestiging van het recht van opstal anders wordt bepaald, behoudt de appartementseigenaar
die een recht van opstal heeft gevestigd, het aan zijn appartementsrecht verbonden stemrecht in de vergadering
van eigenaars.
- De erfpachter (gebruiker) heeft stemrecht in de VvE, tenzij in de vestigingsakte van erfpacht iets
anders is bepaald.
- Bij recht van opstal behoudt de eigenaar stemrecht, dus niet degene die recht van opstal heeft gekregen,
tenzij in de vestigingsakte van opstal iets anders is bepaald.
Overgangswet
Uitgestelde werking, met andere woorden deze wetswijziging geldt pas vanaf 1 mei 2008.
Toelichting
Met dit nieuwe wetsartikel is nu wettelijk geregeld dat een individuele eigenaar zijn grond in erfpacht
mag uitgeven of hierop een opstalrecht mag vestigen.
Artikel 122
Aan artikel 122 worden twee nieuwe leden toegevoegd, luidende:
5. De notaris draagt zorg dat aan de akte van overdracht of toedeling een door het bestuur van de
vereniging van eigenaars afgegeven verklaring wordt gehecht, die met betrekking tot de in lid 3 genoemde
bijdragen waarvoor de verkrijger aansprakelijk zal zijn, een opgave inhoudt van hetgeen de betrokken
appartementsei-genaar op de dag van de overdracht of toedeling aan de vereniging schuldig is. De
verkrijger is jegens de vereniging niet verder aansprakelijk dan tot het bedrag dat uit de opgave blijkt.
6. De verklaring houdt tevens een opgave in van de omvang van het reservefonds van de vereniging, bedoeld
in artikel 126 lid 1.
- Op basis van 5:122 BW lid 3 zijn zowel de nieuwe als de vorige eigenaar hoofdelijk aansprakelijk voor
bijdragen die verschuldigd zijn/worden over het lopende of vorige boekjaar. Alleen als het
splitsingreglement iets anders bepaalt, geldt dit niet. Lang niet altijd is echter op het moment van het
passeren van de akte duidelijk hoe groot de eventuele betalingsachterstand van de vorige eigenaar is.
Nieuwe eigenaren worden dan achteraf geconfronteerd met een vordering van de VvE. Het nieuwe lid 5 moet
die vorderingen achteraf voorkomen.
- De notaris moet een verklaring van het bestuur van de VvE aan de akte hechten waarin de achterstallige
bijdragen staan vermeld op de dag van de overdracht of toedeling (bijv. bij echtscheiding).
- De aansprakelijkheid van de nieuwe eigenaar is beperkt tot het bedrag dat in die verklaring staat.
- Bij zorgvuldige uitoefening van zijn taken zal de notaris het bedrag in de verklaring inhouden op de
koopsom of op een andere wijze verrekenen.
Onenigheid / onjuist bedrag
- Wanneer er onenigheid ontstaat over de hoogte van het bedrag is het niet de bedoeling uitstel van de
overdracht te vragen. Wel kan in zo'n geval het betwiste bedrag van de koop-prijs ingehouden worden en
in depot gesteld worden totdat er overeenstemming is bereikt.
- Geeft het bestuur een te laag bedrag op, dan kan het restant niet van koper gevraagd worden (zie lid 5,
laatste zin).
- Geeft het bestuur een te hoog bedrag op, dan kan achteraf verrekening plaatsvinden.
Geen verklaring van het bestuur
- Als het bestuur geen verklaring wil afgeven, behoort het tot de zorgvuldige taakuitoefening van de
notaris dat hij het bestuur een redelijke termijn geeft.
- Wanneer een verklaring niet gegeven wordt, is dat geen reden om de overdracht uit te stellen.
- Wanneer een verklaring niet gegeven wordt, is het goed dat in de akte te vermelden.
- Uit de tweede zin van lid 5 volgt dat wanneer geen verklaring is gegeven, koper niet aansprakelijk is
voor achterstallige bijdragen.
Reservefonds
- In de verklaring bij de akte staat ook vermeld hoe groot het reservefonds van de VvE is.
- Wanneer er geen verklaring is, wordt daar melding van gemaakt in de akte (valt onder de zorgplicht van
de notaris).
- De gewenste hoogte van het reservefonds kan bijvoorbeeld bepaald worden aan de hand van een
meerjarenonderhoudsplan.
Toelichting
De verklaring verschuldigde bedragen is vooral erg praktisch voor nieuwe appartementseigenaren die willen
weten of zij eventueel met schulden geconfronteerd zullen worden. Ook voor een VvE zelf schept dit duidelijkheid.
Hoe eerder de VvE weet of de vertrekkende eigenaar schulden achterlaat, hoe eerder zij actie kan ondernemen.
Artikel 125
Lid 3 vervalt. Lid 4 wordt vernummerd tot lid 3.
- Het vervallen artikel bepaalde dat een vereniging pas ontstaat wanneer er twee of meer eigenaren zijn.
Dat kan bezwaarlijk zijn, omdat dan bijvoorbeeld nog geen opstalverzekering of WA-verzekering afgesloten
kan worden.
- De VvE ontstaat in de nieuwe situatie door ondertekening van de akte van splitsing (en inschrijving in
het kadaster), ook als er nog maar één eigenaar is.
- Het VvE-bestuur zal kopers moeten informeren over overeenkomsten (zoals het sluiten van een verzekering)
die inmiddels zijn aangegaan door die in de koop(/aannemings )over-eenkomst op te (laten) nemen. Let erop
dat daarnaast nog steeds de artt. 39 modelregle-ment 1992 + model Koop7 /aannemingsovereenkomst, art. 8 b,
c gelden: besluiten over verplichtingen voor langere periode dan een jaar.
Advies van Vereniging Eigen Huis
Het tijdstip van het ontstaan van een VvE is van belang om onmiddellijk bij de start van de bouw van een
appartementencomplex, bijvoorbeeld een opstalverzekering te kunnen afsluiten.
Artikel 126
Aan lid 1 wordt een volzin toegevoegd, luidende: De vereniging houdt een reservefonds in stand ter
bestrijding van andere dan de gewone jaarlijkse kosten.
- Een reservefonds wordt verplicht ten behoeve van kosten van bijvoorbeeld (groot) onder-houd en/of hoge
en ook plotselinge investeringen.
- Een reservefonds werd niet altijd gevormd, wat slecht onderhoud of zelfs verpaupering tot gevolg had,
daarom is dit in de wet opgenomen. Een verkopende eigenaar zal er nl. belang bij hebben dat er een goed
gevuld fonds bestaat.
Bovendien kan het voor een potentiële koper een voordeel zijn of, bij een slecht gevuld fonds, juist een
onderhandelingsinzet voor een lagere prijs.
Overgangswet
Uitgestelde werking, met andere woorden deze wetswijziging geldt pas vanaf 1 mei 2008.
Toelichting
De instelling van een reservefonds is prettig voor iedereen die niet met onverwacht hoge uitgaven
geconfronteerd wil worden. Voor VvE's zonder onderhoudsplanning en reservefonds is deze gedwongen
financiële planning wellicht wennen. Het grote voordeel is echter dat appartementseigenaren niet meer
voor grote verrassingen komen te staan, waarbij ze plotse-ling financieel moeten bijdragen aan
noodzakelijk onderhoud. Daarnaast is bij verkoop van een appartement een gezonde VvE met voldoende
financiële reserves een meerwaarde.
Artikel 127
Aan artikel 127 wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. In geval van ondersplitsing komen de stemmen van de appartementseigenaar wiens recht is gesplitst, toe
aan de gerechtigden tot de door de ondersplitsing ontstane appartementsrechten. Deze stemmen worden in de
vergadering van eigenaars uitgebracht door het bestuur van de bij de ondersplitsing opgerichte vereniging
van eigenaars. De stemmen behoeven niet eensluidend te worden uitgebracht. De gerechtigden tot de door de
ondersplitsing ontstane apparte-mentsrechten zijn bevoegd de vergadering van eigenaars bij te wonen.
Het bestuur, bedoeld in de tweede zin, is bevoegd om in de vergadering het woord te voeren.
- Een eigenaar mocht altijd al zijn appartmentsrecht ondersplitsen.
- Het stemrecht is voor de 'ondersplitsers'.
- Het uitbrengen van de stemmen gebeurt door het bestuur van de ondersplitsers.
Het bestuur kan ook via een volmacht (laten) stemmen.
- De stemmen die het bestuur van ondersplitsers uitbrengt, kunnen verschillend zijn, de belangen van de
ondersplitsers kunnen immers ook divers zijn.
Bijvoorbeeld: bij een besluit stemmen 3 ondersplitsers voor en 7 tegen. Het bestuur van de ondersplitsers
hoeft niet slechts de meerderheid van de stemmen uit te brengen, maar geeft gewoon 3 voor en 7 tegen door.
- De ondersplitsers mogen aanwezig zijn als toehoorder bij de vergadering van de hoofdsplitsers. Alleen
het bestuur van de ondersplitsers mag ook daadwerkelijk het woord voeren namens zijn leden.
Toelichting
Het artikel over Ondersplitsing maakt vooral het stemrecht van de ondersplitsers duidelijk.
Artikel 139 wordt als volgt gewijzigd:
- De akte van splitsing kan worden gewijzigd met medewerking van alle appartementseigenaars.
- De wijziging kan ook met medewerking van het bestuur geschieden, indien het
tot de wijziging strekkende besluit is genomen in de vergadering van eigenaars met een meerderheid van ten
minste vier vijfden van het aantal stemmen dat aan de appartementseigenaars toekomt of met een zodanige
grotere meerderheid als in de akte van splitsing is bepaald. De termijn voor oproeping tot de vergadering
bedraagt ten minste vijftien dagen. Artikel 42 leden 1, eerste zin, 2, eerste zin, en 3 van Boek 2 is van
overeenkomstige toepassing.
- Wijziging van de akte van splitsing behoeft de toestemming van hen die een beperkt recht op een
appartementsrecht hebben, van hen die daarop beslag hebben gelegd alsmede, indien een recht van erfpacht
of opstal in de splitsing is betrokken, van de grondeigenaar. Ook is toestemming nodig van de gerechtigden
tot een erfdienstbaarheid, indien hun recht door de wijziging wordt verkort.
De splitsingsakte kon altijd alleen gewijzigd worden met medewerking van álle eigenaars.
Men vond dat in de praktijk te strikt, omdat op die manier bijvoorbeeld noodzakelijke renovaties tegengehouden of vertraagd konden worden. Om toch recht te doen aan zowel de
belangen van de meerderheid als de minderheid is gekozen voor minimaal 4/5 meerderheid.
Voor de vergadering
- De oproep voor de vergadering moet ten minste 15 dagen van te voren zijn, met daarin de mededeling dat
wijziging van de splitsingsakte voorgesteld zal worden.
- Degenen die het wijzigingsvoorstel doen, moeten het voorstel met de letterlijke tekst ter inzage leggen.
Dit moet vanaf minimaal vijf dagen voor de vergadering tot het eind van de dag ná de vergaderdag en op een
geschikte plaats.
- Bovengenoemde twee voorbereidingen voor de vergadering hoeven niet als in de algemene vergadering álle
leden aanwezig/vertegenwoordigd zijn en de wijziging van splitsingsakte unaniem (inclusief beperkt
gerechtigden) wordt aangenomen.
Het besluit
- Het besluit moet genomen worden in de vergadering van eigenaars.
- Het besluit moet genomen worden met een meerderheid van ten minste 4/5 van het aantal stemmen van
appartementseigenaars.
- Tevens moet het met toestemming van de beperkt gerechtigden, zoals hypotheekhouders en beslagleggers;
maar ook gerechtigden van erfpacht of opstal; en van de gerechtigden tot een erfdienstbaarheid indien hun
recht door de wijziging ten nadele verandert.
- NB: in de splitsingsakte kan een hogere meerderheid worden bepaald. Bovendien kan er onderscheid gemaakt
worden naar soort wijziging. Voor wijziging A kan bijvoorbeeld een meerheid van 9/10 vereist worden en voor wijziging B unanimiteit.
Deze besluiten (tot een afwijkende meerderheid) kunnen vanaf 1 mei 2008 met 4/5 meerderheid genomen worden
en vóór 1 mei 2008 met unanimiteit.
Minder dan vijf appartementen
Het breukdeel 4/5 is niet te verkleinen, maar dat betekent niet automatisch dat een gebouw met bijv. drie
of vier appartementen slechts met unanimiteit de akte mag wijzigen. Dit hangt namelijk af van de inhoud
van de akte van splitsing. In geval van ongelijke splitsing kan mogelijk wel een 4/5 meerderheid worden
behaald, bijvoorbeeld bij drie appartementen: één heeft 3/5 deel, één heeft 1/5 deel en het laatste heeft
ook 1/5 deel, dan hebben de eer-ste twee samen de vereiste meerderheid.
Uitvoering van het besluit (zie lid 2: 'met medewerking van het bestuur')
- De uitvoering van het besluit om de akte te wijzigen kan ook door het bestuur gebeuren. Dit is om het
wijzigen in de praktijk gemakkelijker te maken. Het bestuur van de VvE is dan partij in de op te maken
akte, zodat niet aan alle eigenaars apart een volmacht toegestuurd hoeft te worden.
- De notaris moet in zo'n geval nagaan of er conform art. 5:39 lid 2 een besluit van 4/5
meerderheid aan ten grondslag ligt.
- Vanwege de vernietingsmogelijkheid is het praktisch de akte pas na drie maanden te laten passeren.
Overig
De vereisten voor het wijzigen van de statuten zijn onveranderd gebleven (zie art. 2:42 lid
1,2,3).
Overgangswet
Voor bestaande (al gesplitste) appartementencomplexen geldt een uitgestelde werking. Met andere woorden:
deze wetswijziging geldt pas vanaf 1 mei 2008.
Voor nieuwbouwappartementencomplexen of bestaande complexen die na 1 mei 2005 zijn gesplitst, treedt het
gewijzigde wetsartikel direct in werking.
Toelichting
Wijziging van de splitsingsakte betekent dat voortaan niet meer één onwillig VvE-lid een wijziging kan
tegenhouden. Anderzijds vinden sommigen dat een wijziging vanaf 2008 té gemakkelijk kan. Dit zou het geval
kunnen zijn wanneer één eigenaar zeer veel stemmen heeft, bijvoorbeeld een verhuurder die een aantal
appartementen bezit. Een advies hierin is moeilijk te geven. Overlegt u met uw VvE. U kunt namelijk via de
notaris in de splitsingsakte laten opnemen dat die alleen gewijzigd kan worden met een grotere meerderheid
dan 4/5.
Hebt u niet voor de wijziging van de splitsingsakte gestemd, houd dan de de termijn van drie maanden goed
in de gaten voor het geval u naar de rechter wilt (zie hiervoor het wets-artikel 'vernietiging
wijzigingsbesluit').
Artikel 140a
- Op vordering van een appartementseigenaar die niet voor een, overeenkomstig artikel 139 lid 2, bij
meerderheid van stemmen genomen besluit tot wijziging van de splitsingsakte heeft gestemd, wordt het
besluit bij rechterlijke uitspraak vernietigd.
- De bevoegdheid om vernietiging te vorderen verjaart door verloop van drie maanden, welke termijn begint
met de aanvang van de dag, volgende op die waarop het besluit door de vergadering van eigenaars is genomen.
- De rechter kan de vordering afwijzen, wanneer de eiser geen schade lijdt of hem een redelijke
schadeloosstelling wordt aangeboden en voor de betaling hiervan voldoende zekerheid is gesteld.
- Een appartementseigenaar die niet vóór de wijziging heeft gestemd, kan binnen drie maanden nadat het
besluit is genomen een vordering instellen bij de kantonrechter ter vernietiging van het besluit.
- Niet vóór stemmen' houdt in:
- iemand heeft tegen gestemd;
- iemand heeft zich onthouden van stem;
- iemand was niet aanwezig/vertegenwoordigd en heeft dus sowieso niet gestemd.
- De rechter kan de vordering tot vernieting afwijzen als:
- eiser geen schade lijdt, of
- een redelijke schadeloosstelling is aangeboden én
- de redelijke schadeloosstelling zeker is gesteld.
Overgangswet
Uitgestelde werking, met andere woorden deze wetswijziging geldt pas vanaf 1 mei 2008.
Artikel 172
Aan artikel 172 van de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek worden na lid 3 vier nieuwe leden toegevoegd,
luidende:
- Op een splitsing die heeft plaatsgevonden voor het tijdstip waarop de wet in werking treedt, is artikel
113 lid 1, tweede zin, van Boek 5 niet van toepassing.
- Op een splitsing die heeft plaatsgevonden voor het tijdstip waarop de wet in werking treedt, is artikel
118a van Boek 5 gedurende drie jaren na dat tijdstip niet van toepassing.
- Op verenigingen van eigenaars die op het tijdstip van het in werking treden van de wet niet het in
artikel 126 lid 1, tweede volzin, van Boek 5, bedoelde reserve-fonds in stand houden, is die bepaling
gedurende drie jaren na dat tijdstip niet van toepassing.
- Op een splitsing die heeft plaatsgevonden voor het tijdstip van het in werking treden van de leden 1-3
van artikel 139 van Boek 5, zoals deze leden zijn gewijzigd bij de Wet van 19 februari 2005, houdende
wijziging van titel 5.9 (Appartements-rechten) van het Burgerlijk Wetboek (Stb. 89), is het in die leden
bepaalde gedurende drie jaren na dat tijdstip niet van toepassing.
Onmiddellijke inwerkingtreding
Hoofdregel is dat de gewijzigde wet onmiddellijk in werking treedt. Dat geldt voor onder andere de volgende
onderdelen.
- Verklaring van de VvE over de nog verschuldigde bijdragen bij verkoop.
- Mogelijkheid van splitsing van onbebouwde grond in appartementsrechten.
Uitgestelde werking
Niet onmiddellijk in werking treedt een aantal andere bepalingen. Voor de volgende onderdelen geldt de
nieuwe wetgeving pas vanaf 1 mei 2008.
- Wijziging splitsingsakte met een meerderheidsbesluit. Deze uitgestelde werking is er om VvE's de
gelegenheid te geven een grotere meerderheid dan 4/5 te bepalen voor het wijzi-gen van de splitsingsakte,
of om verschillende meerderheden op te nemen voor verschillen-de soorten besluiten.
- Verplichting tot instandhouding van een reservefonds. Als er binnen die drie jaar een over-dracht of
toedeling plaatsvindt en er is nog geen reservefonds, dan ligt het voor de hand dat de notaris dat
vermeldt in de akte van overdracht of toedeling.
- Vestiging van erfpacht of opstal op een privégedeelte.
Geen werking = eerbiedigende werking
- Bij appartementen die al gesplitst waren vóórdat de nieuwe wet in werking trad, hoeft de grondslag waar
de splitsing op is gebaseerd (indien die niet in gelijke delen is) niet alsnog in de splitsingsakte
opgenomen te worden. Dit ter voorkoming van onnodig extra kosten voor VvE's.
Appartementsrechten ontstaan ná 1 mei 2005
Bij een splitsing in appartementsrechten die na de inwerkingtreding van de nieuwe wetgeving tot stand is
gekomen gelden álle artikelen met onmiddellijke ingang.